Klein of groot, blauw of rood

Ik sta in de lift van het Huis voor de Gezondheid in Amersfoort. Ik ga naar de vierde verdieping. Daar houdt Alzheimer Nederland kantoor. Het is druk. Er staan medewerkers van verschillende organisaties in de lift die ieder op een andere verdieping uitstappen. Ik stap samen met enkele collega’s uit. Net buiten de lift word ik door Marloes aangesproken. Ze stond in de lift achter mij en had daardoor zicht op mijn oortjes. “Ik wist helemaal niet dat jij hoortoestellen hebt”, laat Marloes mij weten. “En nu ik voor je sta zie ik het ook bijna niet; dat hebben ze knap gedaan”.

Zo onzichtbaar mogelijk

De opmerking van Marloes zet me aan het denken. Het is natuurlijk mooi dat mijn dagelijkse communicatie (bijna) vlekkeloos verloopt. En natuurlijk is het ook een technisch hoogstandje om zulke kleine toestellen te maken.

Ik kijk als ik naar bed ga nog eens wat preciezer naar mijn oortjes. Er loopt een flinterdunne, doorzichtige verbinding van mijn – eveneens doorzichtige – oorstukje naar het hoorapparaat met de batterij achter mijn oor. De fabrikant heeft echt zijn best gedaan mijn oortjes zo onzichtbaar mogelijk te maken.

Gekleurd

Ik ben niet gezegend met een al te volle haardos waardoor ik mijn oortjes niet achter mijn haren kan verstoppen. Mijn vorige hoortoestellen waren nog in de kleur van mijn haar. Ik weet nog dat de audicien een soort kleurenwaaier bij mijn haar heeft gehouden om de kleur van het toestel zoveel mogelijk te laten aansluiten op de kleur van mijn haar. Al die moeite mijn oortjes zo min mogelijk te laten opvallen! Maar toen ik enkele jaren geleden nieuwe hoortoestellen uit kon kiezen heb ik bewust gekozen voor een afwijkende kleur. Want ik ben van mening dat het juist beter is dat mensen kunnen zien dat ik slecht hoor.

Hoe kleiner, hoe beter?

Dat onzichtbaar maken van die oortjes is wel een ding. Door bijvoorbeeld de kleur zoveel mogelijk gelijk te laten zijn met je haarkleur. Maar ook door het formaat: hoe kleiner, hoe beter.

In de reclame laten verschillende producenten van oortjes zich er nogal op voorstaan hoe klein hun oortjes wel niet zijn. Als om voor de wereld te moeten verhullen dat je niet volmaakt bent. Ik ervaar dat eigenlijk als een boodschap om mijn slechte gehoor te moeten verbergen. En waarom zou ik dat doen? Dat werkt namelijk juist in mijn nadeel. Als mensen niet weten dat ik slechthorend ben kunnen ze er geen rekening mee houden. En als mensen het wel weten zijn ze meer dan bereid er juist wel rekening mee te houden. Niemand hoeft zich er voor te schamen slechthorend te zijn. Knoop dat maar in je oren …. 

** Klik hier voor meer blogs van Willem Richter!

Ga naar de inhoud